Plan: | W4 |
---|---|
Status: | voorontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0547.BPw4-VO01 |
Bij vaststelling of herziening van een bestemmingsplan is het conform de Wet geluidhinder (Wgh) noodzakelijk dat er aandacht wordt besteed aan de akoestische situatie.
Als een plangebied geheel of gedeeltelijk binnen de onderzoekszone van een verkeersweg, spoorweg of de zone van een gezoneerd industrieterrein valt, moet bij de voorbereiding van een bestemmingsplan akoestisch onderzoek worden verricht naar de geluidsbelasting op nieuwe woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen (bijvoorbeeld scholen en ziekenhuizen) binnen die geluidszone. Een bestemmingsplan kan pas worden vastgesteld indien de geluidbelasting op nieuwe geluidgevoelige functies voldoet aan de voorkeursgrenswaarden genoemd in de Wgh, of indien een besluit is genomen om hogere waarden vast te stellen. Voor dit laatste geeft de Wgh een maximale ontheffingswaarde. Voordat een hogere waarde kan worden vastgesteld, dienen eerst maatregelen onderzocht te worden om de geluidbelasting terug te dringen.
Voor wegen die deel (gaan) uitmaken van een 30 km/u-gebied geldt dat akoestisch onderzoek in principe niet uitgevoerd hoeft te worden op grond van de Wgh. In het kader van een goede ruimtelijke ordening kan het in sommige gevallen, zoals bij drukke 30 km/u wegen, toch nodig zijn om de akoestische situatie in kaart te brengen, om te beoordelen of het een goede locatie is voor een geluidgevoelige functie.
Met betrekking tot industrielawaai geldt dat als op een bedrijventerrein grote lawaaimakers3mogen komen, moet voor dat terrein een geluidszone worden vastgesteld. Buiten die zone mag de geluidbelasting vanwege de bedrijvigheid op dat terrein niet meer bedragen dan 50 dB(A), de voorkeursgrenswaarde voor industrielawaai. De geluidszone wordt weergegeven op de verbeelding van bestemmingsplannen die binnen de geluidszone vallen. Dit geldt dus ook als het plangebied buiten het industrieterrein ligt.
Richtlijnen voor het vaststellen van Hogere waarden Wet geluidhinder
De Milieudienst West-Holland voert namens de aangesloten gemeente de hogere waarde procedure uit. Het bestuur van de Milieudienst heeft richtlijnen vastgesteld4 , die de Milieudienst gebruikt als kader bij het beoordelen van verzoeken van gemeenten om een hogere waarde. Deze richtlijnen worden 5 dB strengere normen aangehouden dan wat op grond van de Wet geluidhinder mogelijk is. Deze richtlijn sluit daarmee aan bij het Milieubeleidsplan van de aangesloten gemeenten.
Geluidskaart Leiderdorp (2007), actieplan Leiderdorp (2008)
In het kader van de EU-richtlijn Omgevingslawaai heeft Leiderdorp een geluidskaart en actieplan gemaakt om de situatie met betrekking tot geluidsproductie in beeld te brengen. De richtlijn richt zich vooral op het vaststellen, beheersen en waar nodig gewenst verlagen van geluidsniveaus in de leefomgeving. Het toepassingsgebied beperkt zich tot een aantal gedefinieerde geluidsbronnen, te weten weg- en railverkeer en luchtvaart van een zekere omvang, alsmede specifieke vastgelegde industriële activiteiten. Uit de geluidskaarten blijkt dat er in Leiderdorp een relatief beperkt deel van de bevolking blootgesteld is aan ernstige geluidhinder. Het binnenstedelijk wegverkeer vormt verreweg de belangrijkste bron en leidt bij circa 100 woningen tot geluidsbelastingen met een gezondheidsrisico. Leiderdorp wil de geluidbelasting door wegverkeer terugbrengen door in de eerste plaats maatregelen aan de bron te nemen. Dat zijn maatregelen die leiden tot minder verkeer én tot verkeer dat minder geluid produceert. Daarnaast streeft de gemeente Leiderdorp naar het zoveel mogelijk realiseren van stille wegdekken op knelpuntsituaties. Dit zal voornamelijk plaatsvinden op het moment dat een wegdek aan vervanging toe is.
In Leiderdorp is alleen ondergronds een spoorlijn (de Groene Harttunnel van de HSL). Daarom is spoorweglawaai in Leiderdorp niet aan de orde. Ook het geluid van bedrijven heeft in Leiderdorp maar een zeer beperkte invloed.
A. Wegverkeer
Verbreding van de A4
Met het voorliggende bestemmingsplan wordt de aanpassing van de A4 mogelijk gemaakt. Hierbij is het Tracébesluit leidend, inclusief de geluidswerende maatregelen die hierin zijn opgenomen. Het Tracébesluit schrijft voor dat geluidschermen moeten worden geplaatst op de posities waar dit bestemmingsplan kantoren mogelijk maakt, te weten de kavels I en V van Vierzicht. De afscherming van de kantoren voor de achterliggende woningen dient tenminste gelijk te zijn aan de afscherming van de schermen in het Tracébesluit.
Nieuwe woningen Plantage
In het bestemmingsplan is een uitwerkingsplicht opgenomen voor het realiseren van nieuwe woningen op de Plantage. Het plan ligt binnen de zone van de A4, de Persant Snoepweg en de Willem-Alexanderlaan.
A4
Uit onderzoek van DHV5 blijkt dat de uit te werken gebieden buiten de 48 dB-contour van de A4 liggen (uitgaande van maximale hoogte van 7,5 meter). Het geluid van de A4 levert geen belemmering op voor het plan.
Persant Snoepweg
Uit een indicatieve berekening blijkt dat de voorkeursgrenswaarde van 48 dB op de grens van het uit te werken gebied marginaal wordt overschreden. De uiteindelijke geluidsbelasting is afhankelijk van het uiteindelijke plan en de hoogte van de gebouwen. In het geval de voorkeursgrenswaarde wordt overschreden zal een hogere waarde moeten worden aangevraagd. Op grond van de Crisis- en Herstelwet kan een hogere waarde worden vastgesteld bij het uitwerkingsplan.
De Milieudienst West-Holland (hierna: Milieudienst) heeft de bevoegdheid voor het vaststellen van hogere waarden. De maximale ontheffingswaarde bedraagt in stedelijk gebied voor nieuwe woningen 63 dB. Het geluidbeleid van de Milieudienst is er op gericht om niet tot dit wettelijk maximum te gaan. Dit houdt in dat de Milieudienst als maximaal te ontheffen waarde voor nieuwe woningen 5 dB lagere normen aanhoudt. Voor de gemeentelijke wegen zal moeten worden gestreefd naar een maximaal te ontheffen waarde van 58 dB.
Naar verwachting zal deze maximaal te ontheffen waarde niet worden overschreden.
Willem-Alexanderlaan
Uit een indicatieve berekening blijkt dat de voorkeurgrenswaarde ter plaatse van de plangrens van de Plantage niet wordt overschreden.
Overige wegen
De overige wegen rondom het plan zijn 30 km/u wegen. Deze wegen hebben geen wettelijke zone. Vanuit een goede ruimtelijke ordening moet wel worden beoordeeld of deze wegen een belemmering opleveren voor het plan. Dit kan worden meegenomen bij de uitwerking van het plan.
Vierzicht (kavel I en V)
Kantoren zijn geen geluidsgevoelige bestemmingen. Er hoeft niet te worden getoetst aan de wettelijke grenswaarden uit de Wet geluidhinder. Zoals opgemerkt onder 'verbreding van de A4' stelt het Tracébesluit eisen aan de geluidafscherming van de kantoren voor de achterliggende bebouwing.
B. Industrielawaai
Het plan ligt niet binnen een zone van een industrieterrein.
C. Spoorweglawaai
De HSL ligt ondergronds ter hoogte van het plangebied. Spoorweglawaai levert geen belemmering op voor het plan.
Vanuit het aspect geluid zijn er geen knelpunten voor dit bestemmingsplan, mits aan boevengenoemde aanbevelingen wordt voldaan.