direct naar inhoud van Artikel 11 Sport
Plan: W4
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0547.BPw4-VG01

Artikel 11 Sport

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

11.1.1 Algemeen
  • a. sportactiviteiten in maximaal in de milieucategorie 1 en 2 als bedoeld in Staat van Bedrijfsactiviteiten (opgenomen in bijlage 1 van deze regels;
  • b. water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. straatmeubilair;
  • e. nutsvoorzieningen;
  • f. ondergeschikte buitenschoolse opvang;

met dien verstande dat:

  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - zwembad milieucategorie 3.1' een overdekt zwembad is toegestaan;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk' maatschappelijke functies zijn toegestaan, zoals omschreven in artikel 8.1.

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, tuinen en ervenen ondersteunende horeca (categorie I, opgenomen in bijlage 2 van de regels).

11.1.2 Bedrijfsvloeroppervlak ondersteunende horeca

Voor de in artikel 11.1.1 genoemde horeca geldt dat het bedrijfsvloeroppervlak maximaal 15% bedraagt van het bestaande totale vloeroppervlak.

11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Gebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. goot- en bouwhoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte;
  • c. bebouwingspercentage van het bouwvlak maximaal het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' aangegeven bebouwingspercentage. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, mag het bouwvlak geheel worden bebouwd.
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt maximaal 2 m;
  • b. de hoogte van speelinstallaties en ballenvangers bedraagt maximaal 8 m;
  • c. de hoogte van lichtmasten bedraagt maximaal 8 m, of maximaal de hoogte van de bestaande lichtmasten waar deze nu de 8 m overschrijden;
  • d. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal 5 m.
11.3 Afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.2.2 onder b voor een grotere hoogte van lichtmasten met inachtname van de volgende voorwaarden:

  • a. de hoogte bedraagt maximaal 20 m;
  • b. het stedenbouwkundige beeld ter plaatse niet onevenredig wordt aangetast;
  • c. ter plaatse geen onaanvaardbare lichthinder voor omwonenden ontstaat.